We slenteren door de straten van Lucca. Voorop loopt Elena enthousiast te vertellen over haar stad, in vloeiend Italiaans en dus op een rap tempo pratend. De enige woorden die ik versta zijn: ‘e alore’ en ‘ecco’. Verder kijk ik naar haar handen en lippen en verdrink in de zoete klanken. Naast me loopt Jörn, een Duitse cursist en hij vertaalt het Italiaans in het Engels, net zo snel als het water dat stroomt door de Via del Fosso. En dat is snel, aangezien het verleden week behoorlijk had geregend en al het water uit de bergen, via de stad een weg naar de zee zoekt.
Op de Piazza Citadella komt de groep tot stilstand en vertelt Elena, de Italiaanse lerares, over alle beroemdheden die in Lucca zijn geboren. Mijn persoonlijke translateur vertelt over Luigi Bocherrini, een beroemde componist, cellist en contrabassist, terwijl ik probeer te tellen hoe vaak haar lippen op en neer gaan in één minuut. Daarna komt Giacomo Puccini aan de beurt en dat is logisch aangezien we voor het geboortehuis van deze componist staan. Voor alle niet muziekfanaten kan ik nog mededelen dat ook Mario Cipollini de wielrenner, Super Mario, De schitterende, Cipo, in deze stad is geboren. De man die de Giro della Provincia di Lucca (2005) heeft gewonnen, maar ook, ik noem een dwarsstraat, de Profronde van Oostvoorde (1995).
We staan dus voor het geboortehuis van Puccini en als we het huis binnentreden en naar een film van hem kijken, dan zie ik een starre, arrogante man die de mensen om hem heen het werk laat doen. Dat kan ook komen doordat de beelden zijn opgenomen in het begin van 1900 in zwart/wit en slapstick formaat. Volgens de verhalen is Giacomo een slechte en ongedisciplineerde leerling geweest, die alleen een opera schreef als hij slecht bij kas was. Ach, wie weet mag ik hem toch wel.
Puccini schreef La bohème naar aanleiding van de roman Scènes de la vie de bohème uit 1849 van Henri Murger, over de levens van jonge, arme Parijse kunstenaars. Puccini schreef gevoelige passages met als beroemd hoogtepunt de aria ‘Che gelida manina’, het moment dat de liefde tussen de twee hoofdpersonen Rodolfo en Mimì ontluikt. In 1897 werd deze opera voor het eerst in Nederland uitgevoerd in Den Haag.
Dinsdag 28 juni 2016 is hij te zien en te beluisteren, in de open lucht, op de Parade in ‘s-Hertogenbosch, aanvang 20.30 uur.